Natuurschoon in een herfstachtig Pategonië

22 april 2014 - Ushuaia, Argentinië

We stonden weer eens met onze backpacks op het vliegveld, deze keer voor een binnenlandse vlucht. Vanuit het warme Buenos Aires vertrokken we voor een 3 uur durende vlucht naar Ushuaia. Deze stad claimt de zuidelijkste stad van de wereld te zijn en heeft dan ook de slogan 'Fin del Mundo', het einde van de wereld. In Chili ligt een paar kilometer zuidelijker nog een dorpje, maar omdat het te klein is heeft Argentinië de promotiestrijd om de zuidelijkste stad gewonnen.

We zijn wat laat in het seizoen aan het einde van de wereld. De meeste touristen komen in de zomerperiode. Het is misschien iets frisser als wij er zijn, maar met zo'n 10 graden mogen we niet klagen, en de herfst heeft schitterende kleuren voor ons in petto.

De eerste dag verkennen we Ushuaia en maken we een wandeling rondom het dorp. We krijgen er een beetje een wintersport- en Denemarken gevoel van. Skihut-achtige kroegen en gekleurde houten huisjes, buiten de muts op en binnen wordt flink gestookt. Best aangenaam na zo'n lange tijd overal zomersweer. De volgende dag gingen we het natuurgebied in en maakten we een hike naar Laguna Esmeralda. De tocht was opzich niet moeilijk, al was het ontzettend modderig waardoor we op sommige punten bijna tot de enkels wegzakten als we niet goed uitkeken. Maar het was het vol-le-dig waard, wat een schitterend landschap! De bomen en struiken hebben alle mogelijke kleuren rood, geel en oranje aangenomen, wat mooi afsteekt bij de met sneeuw bedekte bergen. Eenmaal aangekomen bij het meer zagen we de spiegeling van de bergen in het water wat het nog indrukwekkender maakte. Na deze eerste wandeling zijn we gelijk verkocht, wat is het prachtig!

De volgende dag gaan we weer voor een wandeling, ditmaal in het dichtbijzijnde nationale park Tierra del Fuego. Met een shuttelbusje worden we in het park afgezet en treffen daar aan de rand van het meer het meeste zuidelijke postkantoortje. Met een markante postbode is het in ieder geval het gezelligste postkantoortje. Je kunt er een stempel in je paspoort laten zetten, maar wij houden die ruimte graag vrij. Vervolgens begonnen we aan een mooie wandeling langs het Beagle kanaal. Omdat we pas om 5 uur weer een shuttelbusje terug zouden nemen hadden we de hele dag om zo ongeveer alle wandelingen in het park te maken. We picknickten onderweg bij een mooi meer en zagen veel verschillende vogels en zelfs nog 3 vossen.

De volgende dag stapten we weer eens in een bus. Het doel is om vanuit Ushuaia door Pategonië omhoog te reizen, zigzaggend door Chili en Argentinië. Omdat onze volgende stop, Punta Arenas, in Chili ligt hadden we een dagbus omdat er grensformaliteiten waren en we met een ferrytocht (inclusief dolfijnen!) een kanaal moesten oversteken. We kwamen naar Punta Arenas om de pinguïnkolonie te bekijken, maar in de ochtend raakten we aan de praat met een Engels stel die de volgende dag een ferry zouden nemen naar Puerto Williams en door de fjorden en langs gletsjers gaan varen. Vanuit Ushuaia hadden we al naar boottochten door de fjorden gekeken, informatie aangevraagd en zelfs offertes laten opstellen, maar ook last minute kwamen er alleen prijzen van 1500 dollar naar voren. Dit plan moesten we daardoor laten varen. Maar we werden wel enthousiast van de optie van de Engelsen om met een vrachtboot/ferry te gaan voor 124 euro, dat nergens gepromoot wordt.

Zo werd de pinguïndag een regeldag, gingen we naar de haven en boekten we tickets om naar Puerto Williams te gaan. Puerto Williams is het kleine dorpje in Chili dat nog net wat zuidelijker ligt dan Ushuaia en de slogan 'beyond the end of the world' gebruikt. Geografisch gezien reisden we dus weer terug, maar we wilden zo graag de boot op dat we geen moment twijfelden.

De volgende dag was het zover, we stapten in de namiddag de boot op. We zouden 1.5 dag op de boot doorbrengen en 2 nachten slapen op luxe stoelen. Eten en drinken was ook allemaal geregeld. Ook al was het wat koud, bij vertrek stonden we gelijk al op het dek om ons heen te kijken. En wat een geluk, direct werden we vergezeld door zo'n 5 vrolijke zwart/witte dolfijnen die met de boot meezwommen en enthousiast uit het water sprongen. Dit hielden ze zo'n 10 minuten vol, waarna er even later weer een ander groepje dolfijnen langs kwam, wat een goed begin! De eerste nacht op de boot was het water het grootste gedeelte heel kalm, maar tussen 4 en 6 werd de slaap af en toe onderbroken door hevig heen en weer geschud. De boot moest een stuk over open zee waar de golven erg hoog waren, dit leverde flink wat vertraging op.

We werden na het geschud wakker tussen de sneeuwbedekte bergen. We wisselden op het dek staan af met binnen weer warm worden, want de wind maakte het ontzettend koud en af en toe kwam er een sneeuwbui over ons heen. We zagen schitterende gletsjers, in het water spotten we regelmatig zeehonden, vlogen er vele albatrossen rond de boot en zagen we zelfs in de verte een groepje pinguïns. Toen de boot langs de bijzonderste gletsjer kwam, enorm groot en tot het water toe reikend, was er net even een sneeuwmoment waardoor het een grote grijze vlakte was. Maar de kapitein legde de boot stil, draaide bij en wachtte tot het een paar minuten daarna weer opentrok. Deze vrachtboot die van a naar b vaart deed dit voor een handje vol toeristen waardoor we alsnog de gletsjer in volle glorie konden zien. Wat een toffe kapitein!

Laat in de avond kwam de boot aan in Puerto Williams, maar wij bleven nog een nachtje op de boot slapen, dat zat immers bij de prijs in. De volgende ochtend was het onze eerste zorg om een terugvlucht te regelen. Al in Punta Arenas hadden we vliegtickets willen boeken, echter was het erg druk en was er maar 1 plek beschikbaar. Voor de andere plek hadden we een reservering gedaan. In Puerto Williams zouden ze ons kunnen vertellen of het gelukt zou zijn. Veel te vroeg stonden we in de kou voor de deur. Toen er eindelijk iemand was probeerden we onze situatie uit te leggen. Ons Spaans is niet al te best, dus gewapend met vertaalboekje deden we ons verhaal. De medewerkster had er geen zin in en besloot slechts terug te zeggen dat alles vol zat. Daar waren we niet tevreden mee en bleven dus maar staan en aangeven dat we al een reservering hadden. Ook medewerkster nummer 2 wilde niet het systeem checken. Totdat na drie kwartier de postbode langs kwam, ons Spaans prima begreep, en binnen 5 minuten een vlucht regelde. Hulde voor de postbode!

We zouden nog 2 dagen blijven en daarna terug vliegen. We vonden een leuke bed and breakfast, de enige in het laagseizoen, en gingen gelijk een wandeling langs het Beagle kanaal maken. Wederom erg mooi en wat was het fijn om daarna een warme douche te kunnen nemen, want de wind zorgde ervoor dat de gevoelstemperatuur laag was. Het gaskacheltje ging aan om onze kamer te verwarmen en ondanks dat het niet gebruikelijk was mochten we gebruik maken van de keuken van onze hostes. De volgende ochtend werden we wakker van de regen die op de ruiten tikte. Door de grauwe lucht leek het allemaal wat triest aan het einde van de wereld. De kachel maar weer aan en zo vulden we de ochtend met boeken lezen. In de middag klaarde het gelukkig weer op en trokken we erop uit voor een wandeling. We gingen een kleine berg beklimmen en binnen 1.5 uur waren we van zeeniveau tot boven de boomgrens uitgekomen en hadden we een mooi panaorama uitzicht over de omliggende bergen, het stadje, het Beagle kanaal en zagen we zelfs Ushuaia verderop liggen. De hond van de bed and breakfast had het hele eind met ons meeglopen.

De ochtend daarna liepen we met onze bagage naar het vliegveld. Dit leek heel dichtbij, echter bleek de weg zo'n omweg te maken van 7 kilometer, waar we na 2 kilometer pas achter kwamen. Hierdoor zou het wel heel krap worden en het tempo werd verhoogd. Toen er een auto over de onverharde weg langs kwam, besloten we te liften en gelukkig wilde de bestuurder ons wel even afzetten. Vervolgens melden we ons op het vliegveld, hoefden we niet door detectiepoortjes, werd de bagage niet gecontroleerd en konden we instappen samen met nog 14 passagiers. Al snel kwamen we boven de bewolking uit en zagen we de besneeuwde bergen van bovenaf.

Na een prachtige vlucht landden we weer in Punta Arenas en namen gelijk de bus door naar Puerto Natales, het dorpje van waaruit je het Torres Del Paine park kunt bezoeken. We wilden een 4daagse trekking in het park maken, maar de weersvoorspelling was niet al te best. Omdat we niet met de kou in de regen/sneeuw wilden lopen, besloten we 3 dagen te wachten. Dat is best veel, want er is in het dorpje niet veel te beleven.

Na drie dagen waarin we weinig beleefden, namen we om half 8 's ochtends de bus richting Torres del Paine. We waren er klaar voor om eindelijk te beginnen. We hadden allebei een backpack mee met daarin voldoende kleding om ons warm te moeten houden, slaapzakken, kookgerei en eten voor 4 dagen. Het was nog een eindje rijden en pas rond 10 uur stonden we in de rij voor de parktickets. We wilden de W-trekking doen, zoals de naam al doet vermoeden een hike in de vorm van de W. Bij de ticketoffice vertelden ze dat verschillende delen van het park gesloten waren in verband met de slechte weersomstandigheden. Hierdoor gooiden we gelijk onze plannen om en besloten we aan de andere kant te beginnen. Dat betekende nog een stuk met de bus en daarna nog een stukje met een boot.

Voordat we konden beginnen met lopen checkten we alvast in bij de refugio (berghut) voor die nacht. Omdat we het eerste pootje van de W gingen lopen kwamen we weer op dezelfde plek uit en konden we op die manier onze grote backpacks achter laten. Om 1 uur konden we dan eindelijk gaan lopen met nog 22 kilometer voor de boeg. Het weer was helaas nog niet opgeknapt en we begonnen onze tocht met extreem harde wind en natte sneeuw. Ons enthousiasme voor de trek was even tot onder het nulpunt gedaald, evenals de temperatuur. We hadden veel laagjes kleding aan, maar het nog steeds ontzettend koud. De route ging door ruig en desolaat landschap met veel dode bomen. Terwijl het weer langzaam wat opknapte kwamen we bij een groot meer aan. Inmiddels hadden we een Nederlandse en een Deen ontmoet en kwam het enthousiasme terug. We liepen heuvel op, heuvel af naar ons doel van die dag, een mooi uitzichtpunt over de Grey Glacier. Deze gletsjer is 270 km4 groot, waar we slechts een deel van konden zien wat al erg indrukwekkend was. We liepen tot het dichtsbijzijnde uitzichtpunt waar vele losse ijsblokken door het water dreven. Na voldoende foto's begonnen we aan de hike terug, we wilden wel graag voor het donker terug zijn.

Gelukkig lukte dit en konden we bij de refugio aangekomen op de naastgekegen camping onze spagetti bereiden. We hadden voor elke avond spagetti, saus, een ui, een tomaat en een blikje tonijn. Echter bleek de 'ooh, dit is nog goedkoper, laten we deze nemen'-saus, sambal te zijn. Gelukkig was er een campingwinkel (later bleek de enige in het park), waar we gelijk 3 zakjes goede spagettisaus konden kopen.

De volgende dag stond een langere hike op de planning. De backpacks gingen weer op en zodra het licht werd, pas om kwart over 8, begonnen we te lopen. Al snel konden de handschoenen uit en de muts af. De wind was gaan liggen waardoor de gevoelstemperatuur enorm steeg. Ook trok de bewolking beetje bij beetje weg. Toen we aankwamen bij het tweede pootje van de W zei de ranger dat we slechts 1 uur omhoog konden en dat het pad daarna in verband met de sneeuwval gesloten was.

Een beetje teleurgesteld begonnen we aan de tocht naar boven, de French Valley in. Na een stuk stevig omhoog lopen kwamen we op een mooi uitzichtspunt uit. Maar we wilden zo graag de hele route doen. Omdat er geen bordje stond liepen we onder het mom van 'no hablo Espagnol' toch verder. Al snel bleek dat inderdaad vrij lastig. Door de dikke pak sneeuw was het niet te zien waar het pad liep (wij waren de eerste) en volgden we als een ware speurtocht de oranje stippen en glibberden we over stenen, tussen bomen en over beekjes heen. Al snel sloten er nog 4 hikers aan omdat we door het zoeken het tempo niet zo hoog hadden liggen. Hierdoor konden we afwisselen met op kop lopen. Door de dikke laag sneeuw stonden er tot 2 keer toe koplopers volledig in een riviertje. Het was een heel avontuur door een schitterend herfst/winters landschap. Er leek geen eind aan te komen, maar na 2 uur hadden we het einde van de tweede Wpoot bereikt, inmiddels met natte schoenen. Na een snelle lunch begonnen we aan de weg terug. Een stuk gemakkelijker omdat de route door de voetstappen goed zichtbaar was.

Na nog een stuk verder te hebben gelopen kwamen we om 6 uur enigszins vermoeid aan bij de volgende refugio. Omdat het laagseizoen is hadden we van te voren niet geboekt. We vroegen om twee simpele dormbedden, waarop de man vroeg 'voor vandaag?'. 'Ja, voor vandaag' antwoordden we, waarna hij zei dat hij helemaal vol zat. Onze gezichten moeten vol verbazing en schrik zijn geweest, want al snel gaf hij aan dat het een grapje was en hij maakte nog 5 minuten lang zijn excuses voor de schrik. We namen een douche, kookten buiten ons potje en zaten nog gezellig met andere trekkers bij de kachel met een biertje en een pisco sour (typisch Chileens drankje). Tijdens het lopen kwamen we steeds dezelfde mensen tegen, en 's avonds deelden we onze verhalen en praatten we over hoe mooi de dag weer was geweest.

's Ochtends was het weer lastig uit ons bed komen. Niet omdat het zo vroeg was, maar omdat de kamers extreem koud zijn. Ik sliep zelfs met drie laagjes slaapkleding en twee sjaals in de slaapzak en je zag de warme damp als je uitademde. Deze dag zouden we naar de torres lopen, waar het park zo beroemd om is. De eerste 3 uur kwamen we niemand tegen en zagen we de mooie kleuren in de lucht van de opkomende zon. Bij de refugio onderweg lieten we onze backpacks achter en checkten we vast in. Daarna begonnen we aan een steiler stuk richting de torres. Hoe hoger we kwamen, hoe meer sneeuw en ijs er lag. De paden waren behoorlijk glibberig en regelmatig hadden we beide handen en voeten nodig om niet uit te glijden. Maar door de vele sneeuw hadden we wel een schitterend uitzicht. We bereikten de torres met een strak blauwe hemel. We bleven een uur heerlijk in de zon zitten en glibberden daarna weer naar beneden. In de refugio trokken we de door Manuel meegenomen fles wijn open om te vieren dat ook het laatste pootje van de W erop zat. Wat een schitterende trekking!

De laatste dag liepen we de laatste anderhalf uur naar de shuttelstop. Toen we erachter kwamen dat de shuttel vrij prijzig was, liepen we nog 7 kilometer extra en namen de bus terug naar Puerto Natales, waar we nog op een mooi uitzicht op de bergen en enkele flamingo's op de voorgrond getrakteerd werden. Een prachtig eerste deel van Pategonië, we zijn benieuwd wat de rest nog gaat brengen! 

http://www.flickr.com/photos/101171706@N07/sets/