Kratermeren en nevelwoud in Ecuador

17 augustus 2014 - Quito, Ecuador

Volgens reisboekjes en het internet zouden we een van de gevaarlijkste grensovergangen passeren vanuit Peru naar Ecuador. We hadden daarom een wat luxere internationale bus genomen, maar we hebben nog nooit zo'n gemakkelijke grensovergang gehad die helemaal niet onveilig aanvoelde. We kwamen de volgende ochtend aan in Guayaquil, de grootste stad van Ecuador. We verbaasden ons over de meerbaans geasfalteerde wegen en de luxe shoppingmalls, het zag er behoorlijk georganiseerd uit, een groot verschil met Peru.
 
We waren in Guayaquil om de mogelijkheden van het bezoeken van de Galapagos eilanden te onderzoeken. Zoals te lezen viel in ons vorige blog hebben we uiteindelijk vanuit Guayaquil een last minute cruise kunnen boeken. Met al het uitzoek werk en het betalen in cash dollars waren we het grootste deel van de dag zoet. We hadden nog een paar uurtjes over en besloten nog snel een deel van de stad te ontdekken, wat nog verrassend leuk was. Een mooi parkje waar land iguana's overal rond liepen, een moderne boulevard langs het water en een grappig buurtje vol gekelurde huisjes tegen een heuvel opgebouwd.
 
We hadden een ruime week om vanuit Guayaquil naar Quito te reizen, omdat we vanaf daar onze vlucht naar de Galapagos hadden gepland. De eerste stop was Cuenca. Een stadje met een historisch centrum vol kerken en parkjes. Helaas was het wat regenachtig waardoor er minder mensen op straat waren en het er een beetje grauw uit zag. Gelukkig waren de kerken mooi, maar na een middag rondlopen vonden we het wel tijd om door te reizen.
 
We namen een mooie busroute door bergachtig landschap die ons in RioBamba bracht. Vanaf daar scheen een bijzondere treinroute te lopen de bergen in. Echter ging de trein niet meer vanaf Riobamba en bleken we het grootste deel al met de bus te hebben afgelegd, dus bedachten we een alternatief programma. We bezochten twee marktjes in de stad, waar werkelijk geen toerist te bekennen viel. De eerste markt lag vol groente, fruit en zojuist geslachte beesten. Op de tweede markt leefden deze beesten nog, maar wisselden ze van eigenaar. Vele koeien, schapen, lama's, paarden en varkens werden onder luid protest verkocht. Met een touw vast geknoopt aan een poot werd zo'n beest dan meegenomen naar huis. Een bijzonder schouwspel, maar naar onze maatstaven vrij dieronvriendelijk.
 
Na het bezoek aan de marktjes gingen we door naar Banos. Een dorpje aan de voet van een actieve vulkaan omgeven door nevelwoud. Een heerlijk rustig dorpje en met veel activiteiten om je een paar dagen te kunnen vermaken. We begonnen met ziplinen door het nevelwoud. Tussen de bomen door en over valleien heen waren sterke draden bevestigd waar je met een tuigje langs kon zweven. Gewoon zittend, op de kop of als superman zweefden we het prachtige woud door. 's Avonds besloten we de kroegjes op te zoeken. Als gringo mochten we zonder entree naar binnen en we waanden ons even in de foute kroegen in Groningen. De hitjes wisselden elkaar op sneltempo af en vooral Spaanstalig werd met veel gejuich door het toch wat jongere publiek ontvangen, maar ook wij vermaakten ons prima.
 
Al voordat we in Banos waren hadden we gehoord en gelezen over een schommel aan een boomhut die boven een rand van een berg hing. Klonk vrij spannend, dus daar wilden we graag naartoe. We besloten er heen te wandelen de bergen in. Doordat het nergens op bordjes stond aangegeven was het nog vrij lastig om de juiste route te nemen, maar uiteindelijk bereikten we de boomhut. Helaas, het bleek boven helemaal mistig te zijn. We konden de omliggende bergen nauwelijks zien en de vulkaan al helemaal niet. Gelukkig konden we nog wel schommelen, al was het wat minder spannend dan het leek. Na weer naar beneden te zijn geglibberd door de modder en een drankje in een cafe met uitzicht over het dorpje waren we wel toe aan een warm bad. Door de vulkanische activiteit heeft Banos hotpools en daar maakten we graag gebruik van. In de rij voor de charmante badmutsen raakten we aan de praat met een Nederlands koppel dat ongeveer dezelfde reis maakt als wij. Voldoende gespreksstof dus toen we in hetzelfde bad terecht kwamen. Tot sluitingstijd bleven we zitten en gerimpeld stapten we het bad uit. Omdat het zo gezellig was besloten we samen te eten en vervolgens coctails te drinken tot in de late uurtjes.
 
De volgende ochtend was het erg zonnig en vanuit het dorpje was er goed zicht op de vulkaan. We besloten nogmaals naar de schommel te gaan, maar deze keer deelden we een taxi er naartoe met het Nederlandse koppel. Bij aankomst was de vulkaan bovenaan weer in mist gehuld, maar we hadden wel een veel mooier uitzicht de vallei in. En samen met wat stevige mannenarmen die duwden, werd de schommel ook nog interessanter. Een goede herkansing.
 
Voldaan konden we een bus pakken richting laguna Quilotoa. We reisden door de bergen naar een hoogte van zo'n 3800 meter, waar een klein dorpje lag. We checkten in bij een hostel en liepen vanuit het dorpje in een paar stappen naar een dode vulkaan. We stonden boven aan op de kraterrand en keken de krater in die gevuld was met water. Je kon over de hele kraterrand rond lopen, maar door de harde wind besloten we maar een klein stukje te doen en liepen daarna een paar 100 meter naar beneden naar het meer toe. Terug naar boven viel doordat we niet meer gewend waren aan de hoogte een beetje tegen. In de avond en ochtend werd er in ons homestay hostel voor ons gekookt en na een koud nachtje vertrokken we richting de hoofdstad van Ecuador, Quito.
 
We hadden nog een avond en volle dag in Quito voordat we naar de Galapagos vlogen. Dit bleek voldoende om de mooiste delen te bezoeken. Het historisch stadcentrum van Quito is goed onderhouden en we liepen door de gezellige straatjes en bezochten mooie kerken en musea. Het moderene gedeelte van de stad trok ons wat minder, al was het een goede plek om eens kwalitatief nieuwe badkleding aan te schaffen voor de Galapagos.
 
Tien dagen lager waren we geland in Guayaquil. We hadden nog een gezellige avond met een Engels stel dat we op de boot op de Galapgos hadden leren kennen, maar daarna was het echt tijd om de stad weer te verlaten. We reden een mooie route langs de kust richting het noorden. We stopten in het kustplaatsje Puerto Lopez. We relaxten in de strandstoeltjes met heerlijke fruitdrankjes en biertjes en de dag erna deden we een excursie. Puerto Lopez staat namelijk bekend om de walvissen, die daar ieder jaar tussen juli en september naar toe trekken om te paren. Met een bootje gingen we de zee op, en we klapten over de grote golven heen. Het water sloeg ook aan alle kanten de boot in, dus we waren al snel drijfnat. Maar gelukkig spotten we al snel de eerste walvis. Wat een groot beest, als hij boven water kwam was dat in drie delen.
 
Alhoewel 1 walvis al erg mooi was, kwamen we voor meer, dus onze boot ging verder de zee op. Al varend naar een nieuwe plek zagen we in de verte een walvis uit het water springen, een super tof gezicht. Vrij snel daarna had de boot een groep van wel 5 walvissen gevonden. Ze waren erg dichtbij waardoor we ze vanuit het water al omhoog konden zien gaan. Heel bijzonder zo dichtbij! Maar we voelden ons ook wel een beetje bezwaard, want het is vast niet goed voor de walvissen dat de boot op maar 3 meter van ze vandaan ligt met de motor aan. Blijkbaar zijn daar in Ecuador geen regels voor. Toen we weer weg vaarden bleek 1 van de walvissen zin hebben om uit het water te springen, en van een steeds groter wordende afstand zagen we hem nog 6 keer springen.
 
Vanuit Puerto Lopez gingen we met een mooie kust route verder naar het noorden. We moesten overstappen in Manta. We kwamen daar rond 5 uur aan en we vroegen naar de bus naar Santo Domingo. Gelijk ging er iemand voor ons bellen en riep dat we een taxi in moesten stappen. We snapten het nog niet helemaal, maar aangezien er ook een local bij instapte en we de Ecuadorianen overal konden vertrouwen, gingen we er maar in mee. In de taxi kwamen we er snel achter wat er aan de hand was. De laatste bus van die dag was net vertrokken en we werden in de taxi er achteraan gestuurd om de bus in te halen. De taxi racete tussen het verkeer door en bij elke bus hoopten we dat het de goede was. Het duurde meer dan een half uur voordat we goede bus inhaalden (de bussen hebben er ook flink tempo in). We waren even bang voor een hoge taxirekening, maar het was slechts 3 euro.
 
We sliepen in Santo Domingo en de volgende ochtend reden we door naar Minca. Hrt laatste stukje moesten we met een jeep mee, en daar hoefden we de beste man niet eens voor te betalen, hij vond het leuk om ons in Minca af te zetten. Wat zijn die Ecuadorianen toch aardig! Minca is een dorpje midden in het nevelwoud en staat bekend om haar grote hoeveelheid zeldzame vogels en vlinders. We vonden een leuk hostel waar de kolibries door de tuin vlogen. In de middag deden we een tourtje door de plaatselijke kleinschalige chocoladefabriek (stiekem was dat de reden om naar Minca te gaan). We kregen uitleg over het chocoladeproces en konden zien op wat voor manier ze de chocolade maakten. Uiteraard werd dit afgesloten met het proeven van de chocolade waarbij er bijvoorbeeld chili's en gember doorheen werd gedaan.
 
Tijdens de tour raakten we aan de praat met een Nederlands stel dat precies de andere kant op reist door Zuid Amerika. Dus zij gaven veel info over Cuba en Colombia en wij haalden de mooiste plekjes in Bolivia en Pategonie weer naar boven. Het was zo gezellig dat we de dagen erna samen optrokken. Zo maakten we in Minca een mooie wandeling door het nevelwoud naar allemaal watervallen. Het idee was om daarbij veel vogels te spotten, maar we zagen niet bijzonder veel. Daarom gingen we de ochtend erna in de herkansing. We stonden om half 6 klaar en liepen een route door de bossen. Volgens de locals zou het zo vroeg vol moeten zitten met vogels. Nouja, we hoorden ze wel, maar we zagen ze niet. We hebben het in ieder geval geprobeerd.
 
De laatste stop in Ecuador was in Otovalo. Op de zaterdagmiddag bezochten we de markt vol met souvenirs. De dag erna bezochten we nog een keer een kratermeer, echter deze keer met eilandjes in het midden. We werden aan de waterkant afgezet en liepen zelf nog zo'n drie kwartier naar boven voor een mooi uitzicht over het meer. Het was prachtig. Hierna scheidden we wegen weer, het Nederlandse stel ging richting het zuiden, wij richting het noorden. Op naar Colombia!

http://www.flickr.com/photos/101171706@N07/sets/

English highlights 

Our trip to the Galápagos Islands broke up our time in Ecuador. We booked our trip in Guayaquil and would leave ten days later from Quito. During these ten days we traveled from Guayaquil to Quito through the never ending Andean mountain range. From the Galapagos then we flew back to Guayaquil to make again the trip to Quito but this time along the Ecuadorian pacific coast. 

Having done the hard decision making for the Galapagos we left the next morning for Cuenca, a medium size colonial town. We passed through the beautiful El Cajan national park and arrived in a foggy Cuenca. Cuenca was nice, but not the best colonial town we have seen so far (and we have seen many) with only some churches worth seeing. 

Next morning we headed north for the Nariz del Diablo train ride over a big mountain pass. But upon arrival in Riobamba we got word that the train didn't leave from Riobamba anymore. With not much more to do besides the train we strolled along the town and visited two markets the next morning. One being a 'normal' fruit- veggie- and meat market (with cows- and pigs heads, guinney pigs, brains and testikels) the second market being one step back where the animals change owners. Not a good place to visit if you consider animal rights to be important...

A nice change from al the big countries in South America is that Ecuador is really easy to travel since it is so small. Within a few hours we were in Banos, using some very local bus transport. In Banos we decided to settle for a while. Visit the treehouse up on a hill, do some ziplining and relax in one of the many  thermal pools. 

One more stop before we would go to Quito was the stunning lago Quilotoa. A vulcano lake with beautiful surroundings. In Peru we decided to quit hiking for a while so lazy is we are we took a bus, walked for only 3 hours at the lake and decided to call it a day and leave for Quito the next morning. We spend another two days in Quito to explore the historical centre and do some last moment Galapagos shoppings.

After ten days of relaxation on a boat and spotting many animals we missed only one on our list. Whales. Luckily these mammals mate from July to September and could we easily spotted then in Puerto Lopez, a shabby fisherman's village on the Pacific coast. 

While Ecuador had much more to offer we headed north for Mindo in the cloudforest region. We tried to spot birds, went to a chocolate tasting and hiked to some nice waterfalls. 

On our way to Colombia we made a stop over at Otavalo to see the colorful souvenir market and to see another beautiful crater lake in its surroundings. 

But is was time to move up north to our final country in South America and visit Colombia.

For photos of our time in Ecuador, the Galapagos and previous destinations please click on the following link http://www.flickr.com/photos/101171706@N07/sets